Kan een eventueel verjaarde vordering van erflater op een erfgename wier erfgenaamschap vervallen is verklaard, worden toegerekend aan haar aandeel in de ontbonden huwelijksgemeenschap?

De rechtbank oordeelt dat de nalatenschap van moeder nog diverse vorderingen heeft op een van de erven/kinderen.

De rechtbank wijst vordering tot afgifte door notaris van herroepen testament af.

De door de erven gesloten overeenkomst van verdeling is niet vernietigbaar wegens dwaling hoewel een van de erven daarin voor een te klein deel is opgekomen, maar gerecht vult ambtshave aan dat artikel 3:195 lid 2 BWXM wel van toepassing is.

In een in Engeland opengevallen nalatenschap gaat de kantonrechter niet in op de vraag welk recht van toepassing is en verleent machtiging om de nalatenschap namens de minderjarigen te verwerpen.

Verzoek om de termijn als bedoeld in artikel 4:193 lid 1 BW te verlengen wordt afgewezen.

De kantonrechter verklaart zich niet bevoegd om te beslissen op een verzoek ex artikel 4:16 lid 4 BW, oordeelt dat de gemaakte boedelbeschrijving aan de vereisten voldoet en wil in verband met vaststellen omvang vordering een deskundige benoemen.

In het kader van de verdeling van een nalatenschap bepaalt het gerecht dat de onroerende goederen aan een derde moeten worden verkocht en stelt de wijze vast waarop dit zal moeten geschieden.

Op verzoek van de onterfde legitimaris wijst de kantonrechter een notaris aan die de boedelbeschrijving opstelt.

De legataris was geen persoon als bedoeld in artikel 4:59 BW, en vanwege omvang nalatenschap wordt door legitimarissen op het legaat ingekort.